De subsidiepot voor de sanering van asbestdaken in 2017 is leeg. Dat wil niet zeggen dat saneren met subsidie dit jaar niet meer kan. De subsidieaanvragen zullen in dat geval doorschuiven naar 2018.

In 2017 is 25 miljoen uitgekeerd aan subsidies voor de sanering van asbest. De sanering van de asbestdaken is dan ook goed op stoom gekomen, volgens Anton Legeland van adviesbureau LNAGRO De Ondernemerij.
Van het totaal beschikbare subsidiebedrag van 75 miljoen is nog 25 miljoen euro over. De einddatum van deze subsidiepot is 31 december 2019. De vraag is echter of die einddatum wel wordt gehaald. “Als de sanering in hetzelfde tempo doorzet is de subsidiepot eind volgend jaar, of mogelijk zelfs eerder al leeg.”

De vraag is dan of er vanuit de landelijke overheid nog meer geld beschikbaar gaat komen. “Als je de regeling goed leest, staat er dat de subsidie was bedoeld om de sanering aan te jagen”, zegt Legeland. “Dat is gelukt, dus het is de vraag of er vanuit ‘Den Haag’ meer geld beschikbaar komt.”
Wel zijn er naast de landelijke subsidieregeling ook provinciale of soms gemeentelijke regelingen. De ene keer gaat dat in combinatie met bijvoorbeeld het leggen van zonnepanelen, de andere keer niet.

Met de subsidiepot van 75 miljoen vanuit de landelijke overheid is in totaal bijna 17 miljoen vierkante meter asbest te verwijderen (de subsidie is 4,5 euro per vierkante meter). Hoeveel er dan nog weg moet is niet duidelijk, niemand weet precies hoeveel asbest er ligt. Uit een enquête door LTO-Nederland kwam naar voren dat het om 100 tot 120 miljoen vierkante meter asbestdaken zou gaan. Waarschijnlijk is het veel meer, omdat er ook asbest ligt bij gestopte bedrijven en particulieren. In Gelderland zijn de gemeenten het nu in kaart aan het brengen.

Of de einddatum van 2024 waarop alle asbest weg zou moeten zijn haalbaar is, is zeer de vraag. De gespecialiseerde bedrijven die asbest verwijderen zijn momenteel volgeboekt. En er is momenteel nog een vertragende factor omdat het verwijderen van asbest met een bak aan een kraan niet mag. Opschaling van de capaciteit lijkt nodig, maar de vraag is hoe snel het kan. Het opleiden van nieuwe mensen kost tijd en bedrijven en de eisen zijn hoog. Bedrijven mogen geen fouten maken, anders kunnen ze de vergunning kwijt raken.

Op de landbouwbedrijven met toekomst zullen de asbestdaken voor 2024 naar verwachting wel vervangen zijn. Maar op de bedrijven die al zijn gestopt of gaan stoppen is dat volgens Legeland niet zo eenvoudig. “Daar moet je ook nadenken over de toekomst van het gebouw. Moet je het wel of niet slopen, is verbouwing nodig en functieverandering. Dat proces kost (veel) meer tijd, zeker als er bouwvergunningen nodig zijn, of wijzigingen van het bestemmingsplan.”

bron: www.varkens.nl